Het Klimaatakkoord is amper door Ed Nijpels gepresenteerd of we voelen NEPROM-directeur Jan Fokkema erover aan de tand. Fokkema pleit ervoor de rust te bewaren en met beleid te werk te gaan. “We moeten ervoor oppassen dat we ons niet laten leiden door emoties en politiek gewin.”
NEPROM is een vereniging van professionele opdrachtgevers in de bouw zoals projectontwikkelaars, beleggers en ontwikkelende bouwbedrijven. Ze vertegenwoordigen een belangrijk deel van de markt voor nieuwbouwwoningen en het commercieel vastgoed (kantoren en winkels). Daarnaast zijn NEPROM-leden betrokken bij de transformatie van bijvoorbeeld oude kantoren tot appartementen en van verouderde industriegebieden tot moderne, gemengde woonwijken. Kortom: een partij die je graag aan je zijde hebt als je in Nederland anders wilt gaan bouwen.
De leden van NEPROM zijn volgens Fokkema al sinds 2008 druk in de weer met energiezuinig bouwen. “Dus ruim voor er sprake was van het Klimaatakkoord van Parijs of ons eigen milieuakkoord. We hebben destijds al met het Rijk en een aantal partijen waaronder Aedes een convenant afgesloten om in zeven jaar tijd het energieverbruik van nieuwbouw te halveren. In 2015 hebben we dat convenant aangescherpt en met elkaar afgesproken dat vanaf 2020 alle nieuwbouw energieneutraal is. We zijn er dus al tien jaar mee bezig.”
Wat is uw mening over het Energieakkoord?
“Wij zijn een voorstander van de klimaatmaatregelen. Wel zetten we vraagtekens bij het tempo waarin het moet gebeuren, hoe het betaald moet worden en of afnemers bereid en in staat zijn die kosten te dragen. Door Groningen zijn de maatregelen in een stroomversnelling gekomen. Nu moet alles ineens op stel en sprong. Ook projecten die in aanbouw waren en die een aardgasaansluiting zouden krijgen, moesten alsnog gasvrij worden. Dan sla je de bodem onder het verdienmodel uit. Gelukkig hebben we ons met succes sterk gemaakt voor een goede overgangsregeling.”
Hebt u als NEPROM invloed gehad op het Klimaatakkoord?
“Ja, wij hadden zitting aan een van de tafels over de gebouwde omgeving. Overigens is daar vooral gesproken over de bestaande woningvoorraad en niet over de nieuwbouw. De nieuwbouw wordt al – door het convenant dat wij medeondertekend hebben – gasvrij. De CO2–besparing die daarvan het gevolg is, is door het Rijk al ingerekend.”
Wie moet volgens u “the lead” nemen in de energietransitie?
“Dat moeten we met z’n allen doen. Het wordt alleen een succes als iedereen zijn steentje bijdraagt. Bedrijven hebben een maatschappelijke verantwoordelijkheid en moeten anticiperen op de wensen van de consument. De overheid moet de transitie mogelijk maken, onder meer door de wetgeving aan te passen. Het is een samenspel van partijen, waarbij we goed de wensen van de consument voor ogen moeten houden. Wat de overheid vooral niet moet doen, is overhaast te werk gaan en de andere stakeholders dicteren wat er moet gebeuren.”
Wat is volgens u het aandeel van de projectontwikkelaars in de transitie naar aardgasvrij?
“Zoals gezegd: wij spelen daarin best een belangrijke rol en zijn er in 2008 al mee aan de slag gegaan. En we zijn ambitieus. Nieuwbouwwoningen moeten vanaf 2020 energieneutraal zijn, maar daar stopt het natuurlijk niet. We gaan door, bijvoorbeeld door op gebouw- of op buurtniveau energie op te wekken, op te slaan en te distribueren, zodat je pieken en dalen kunt opvangen. Stel: bewoners slaan tijdens pieken samen energie op en leveren dat aan het net als er meer vraag dan aanbod is. Dat zou zomaar een verdienmodel voor burgers kunnen zijn.”
Denkt u dat het mogelijk is om in 2050 volledig aardgasvrij te zijn?
“Jazeker. Het aanpassen van de bestaande woningvoorraad is weliswaar een enorme opgave, maar we hebben er ook nog 32 jaar de tijd voor. Ik heb er alle vertrouwen in dat in de tussentijd grote innovaties gaan plaatsvinden; denk aan geothermie. Die nieuwe technieken zullen ook flink in prijs gaan dalen. Het zal op termijn steeds sneller gaan.”
Hoe kunnen we de warmtetransitie betaalbaar houden?
“Daarvoor zijn technologische innovaties nodig en een zorgvuldig transitietraject. We moeten niet overhaast te werk gaan en ons niet laten leiden door emotie of politiek gewin. Sommige ontwikkelingen moet je de tijd geven. Doe je dat niet, dan loop je het risico dat je de boel forceert. Als dat leidt tot kinderziekten, wenden ze mensen zich af van de nieuwe technologie en de gasvrije woning en daar is niemand bij gebaat.”
Jan Fokkema is een van de sprekers op het Nationaal Warmte Congres, 8 november 2018, De Vereeniging Nijmegen.