Tijdens het Nationaal Warmte Congres gaf Bert de Vries, Plv. DG Energie, Telecom en Mededinging bij het Ministerie van Economische Zaken een presentatie over de warmtevoorziening in verandering wat ontwikkelingen & regelgeving concreet betekenen in de praktijk.
“Er loopt ook een robot rond die thuis drankjes uitserveert.” Bert de Vries, Plv. DG Energie, Telecom en Mededinging, Ministerie van Economische Zaken
Wie stookt er op aardgas?
“Ik wist niet dat het zo interactief zou zijn als voorzitter, maar daar wilde ik ook mee beginnen, want ik wilde even vragen aan de zaal: Wie stookt er vandaag nog op aardgas? En wie kookt er nog op aardgas? En wie van jullie denkt dat ie in 2035 ook nog stookt op aardgas? Dat is wel aardig wat minder hè? En denkt u nog te koken op aardgas eigenlijk dan? Stookt er iemand op elektrisch inmiddels? En wie kookt er op elektrisch? Nou, dat is een spannende dag vandaag.
Weet je wat ik echt ook spannend vond? Aan de ene kant vind ik dat ik nog niet zo lang aan het werk ben bij het ministerie van Economische Zaken op het gebied van energie, en aan de andere kant zeggen mensen na zes jaar moet je ook weer eens vertrekken. Voor zij die dat graag willen is een troost: ik ben op een leeftijd dat u niet lang meer last van mij zult hebben.
Als je kijkt wat er in het afgelopen jaar eigenlijk aan wijzigingen al geweest is zonder dat we er echt bewust van zijn, is dat heel groot.
Het interesseveld is echt volledig veranderd. En u hoopt natuurlijk dat ik u vandaag ga vertellen hoe het er precies uit gaat zien, dat is natuurlijk uw grote hoop. Uw grote teleurstelling is dat ik u nu al ga vertellen; dat zit er niet in.
Beleid maken
We hadden vorig jaar een directeurenconferentie en dan denken wij altijd dat de hele intelligentie van het ministerie van Economische Zaken daar samen is. We hadden toen een trendwatcher op het podium die ons probeerde uit te leggen wat beleid maken is en hoe goed we daar eigenlijk wel niet in zijn als Rijksoverheid. Ik beperk me maar even tot de ‘zielige klasse’ van de Rijksoverheid. En deze meneer liet mij een A4tje zien. Dat toonde hij aan alle directeuren, DG’s en plaatsvervangende directeuren generaal. Zeg maar de mensen die denken dat we weten waar we uitkomen in de toekomst. En hij zei als ik dit A4tje ga vouwen en technisch zal het steeds moeilijker vouwen worden, maar stel je kunt dat goed blijven vouwen, wat voor lengte denkt u dan wat we zullen hebben? Dat is eindeloos vrienden. Ja, je kunt het niet eindeloos vouwen, maar ik heb u verteld dat u het A4tje kunt blijven vouwen. En als u dat kunt blijven vouwen is de lengte van het A4tje eindeloos.
Nou, daar hebben we toen de hele dag nog over nagedacht wat hij nou eigenlijk zei en toen hebben we ons maar weer gefocust tot de bodem van wat we wel snappen. Als je 4 jaar terugkijkt en zou voorspellen hoe het volgende kabinet ongeveer zou eindigen, dan zaten we er volledig naast. Dus vertrouwt u mij vandaag niet al te veel wat ik ga zeggen. Vertrouwt u dat niet te veel. Ons bereik is ongeveer als je het hebt over beleid maken, maar ik moet u zeggen het zal voor u in de zaal niet vreselijk veel anders zijn, uw intelligentieniveau is misschien hoger dan van ambtenaren, maar dan nog is het best wel knap om te zeggen waarin je in 3 tot 5 jaar zult zijn aangeland.
“We staan echt voor een enorme uitdaging. Klimaatverandering, of het nou plus 2 graden is of meer, wij zullen behoefte blijven houden aan warmte en we zullen ook behoefte blijven houden aan koude, maar ik beperk me vandaag tot warmte.”
De behoefte
Mijn eerste plaatje geeft een beeld wat wij dachten in 1979. Het betreft een semiwetenschappelijk tijdschrift voor kinderen en de daken die u ziet zijn bedekt met zonnepanelen, in 1979! Dat is op zich toch wel weer knap, want zo ver zijn we toch wel gekomen. Er loopt ook een robot rond die thuis drankjes uitserveert. Nou is mijn behoefte aan robots die drankjes uitserveren niet geweldig groot, maar u ziet hier flatscreen tv’s, papierloos werken, thuiswinkelen. Ja, dat is er allemaal al.
En als u heel eerlijk bent, is er al veel meer dan dit semiwetenschappelijke tijdschrift aan u had beloofd. Het gaat snel. Het gaat erg snel. En ik denk dat ik geen ziener hoef te zijn om te zeggen dat we op dit moment op een enorm punt staan van kantelen. Het energieakkoord en de mensen die dat beoordelen hebben het beroemde woordje kantelpunt natuurlijk al genoemd. Ik denk dat we op een kantelpunt staan. Niet omdat we het hebben bedacht, we staan op een kantelpunt omdat het zo is. We staan echt voor een enorme uitdaging. Klimaatverandering, of het nou plus 2 graden is of meer, wij zullen behoefte blijven houden aan warmte en we zullen ook behoefte blijven houden aan koude, maar ik beperk me vandaag tot warmte.
Terug in de tijd
Ik ga even terug in m’n eigen tijd. Ik ben nu 63, dus je kunt ongeveer uitrekenen welke belangrijke tijd ik heb meegemaakt toen ik ongeveer 8 jaar was. Ik was nog dat jongetje die in een relatief klein dorp in Friesland van mijn vader in het donker naar achteren moest lopen om de kolenkit te vullen. Wij kregen toen de beroemde eierkolen. Dat vonden wij een enorme vooruitgang, want dan had je veel meer in zo’n kit en dan hoef je minder te schrapen over de grond. Eierkolen, dat was het hem. Volgens mijn ouders zou het dat ook blijven tot ze daar in Slochteren op één of andere manier een gasbel ontdekte en ik weet niet hoe het u verging, maar ik heb toen gedacht dat dat oneindig was.
Als ik heel eerlijk ben had ik niet gedacht dat het eindig was. Ik weet niet waarom ik dat niet dacht, want eigenlijk zou je denken; het zal wel een keer op zijn ofzo, maar mijn beeld was eigenlijk toch nog wel dat dat oneindig is en wereldwijd kunnen we een hele discussie hebben is er natuurlijk ook best nog wel veel gas, zijn er best nog wel veel kolen.
Ooit zei iemand tegen mij: het Stenentijdperk is niet afgelopen omdat de stenen op waren, maar het was omdat de wereld was veranderd. Het zal voor een aantal vormen waar we nu nog steeds op rekenen (gas, kolen, olie), ook niet zo zijn dat als ze op zijn dat we dan er pas mee stoppen. Ik denk dat de wereld om ons heen eerder is veranderd en dat dus de consumenten ons zullen uitleggen waar ze behoefte aan hebben.
En het is ook niet het ministerie die ervoor heeft gezorgd dat op dit moment dat er een enorme lokale boost is. Laten we daar ook eerlijk in zijn. Er zijn wat faciliteiten voor lokaal niveau, we hebben dingen die mensen nauwelijks kunnen begrijpen soms, de postcoderoos wordt steeds beter begrepen, maar in het begin was dat best wel ingewikkeld, maar dat waren de mensen zelf. Het waren de mensen zelf die de wijzingen hebben aangekondigd. Het is niet de overheid. Het is trouwens heel vaak niet de overheid die u het rechte pad wijst. Vertrouw er niet op. Dat is mijn boodschap nu. Draai het niet om. Reken niet direct als eerste op de overheid. Dat is niet het makkelijkste vak.
De begroting
Als u zich realiseert dat onze energiebehoefte op dit moment voor 55% bestaat uit warmte, dat is wel enorm. En als ik u vertel dat van die 55% warmte slechts 4% duurzaam is, dan heeft u wel door dat er nog best een lange weg voor ons te gaan is. En u zult graag willen horen van mij hoe ik dan die warmte voor me zie, maar ik vind echt dat onze first fuel energiebesparing zou moeten zijn. Of je nou het rapport van Greenpeace neemt over de toekomst of je neemt het rapport van IA over de toekomst, wat wij niet goed doen is energie besparen. Dat zit niet in uw hoofd. En wat is nou het gekke? Mensen denken dat dat best een eenvoudig onderwerp is, want iedereen kan mij ongeveer uitleggen wat het je wel niet bespaart als je energie bespaart en hoeveel geld dat oplevert. Dit slaat niet aan. Als u in uw eigen huis kijkt, dan zult u constateren dat u aardig wat meer apparaten hebt dan 20 jaar geleden.
U zult zelf ontdekken dat u kinderen tegenwoordig ook over diezelfde apparaten beschikt en dan zeer normaal vinden. En al die apparaten zijn energiezuiniger, maar is het dan ook zo dat u inmiddels ook al enorm energie aan het besparen bent? Één van de eerste onderwerpen waar Tjalling de Vries ook mee bezig gaat is tussen de oren krijgen, echt op een vrij agressieve manier, dat energiebesparingen weer een materie is.
Het is geen eenvoudige materie. En ik zeg het hier maar een keer heel hard omdat overal het woordje energiebesparing als granded wordt genomen. Of je nou in de Tweede Kamer komt, of misschien zelfs het ministerie, wij denken energiebesparing loont, dus dat moet je doen. Burgers en bedrijven hebben dit niet op hun hoofdmenu staan. Als ik langs de Raden van Bestuur van Shell, Akzo, DZM etc. zou gaan, dan denk ik dat ze als eerste denken aan nieuwe producten en aan omzetvergroting daarvan. We hebben best wel convenanten met elkaar en energiebesparing gebeurt wel, want elke keer als u opnieuw investeert is de investering altijd weer beter dan de vorige. Maar ik denk dat energiebesparing iets is wat ik graag bij u vandaag ook tussen de oren wil krijgen.
Besparen op energie en warmte
Besparen op energie en warmte is een enorm potentieel. Ik geef u toch een getalletje: 160 perde Joule. 160 perde Joule besparen is besparen van een gemiddeld jaarverbruik van gas van 3,6 miljoen huishoudens. Dat is nogal wat en dat potentieel is er wel. Wij kunnen het ons niet permitteren als we kijken naar de toekomst met de klimaatverandering dat we dit potentieel niet gaan benutten.En om een ander voorbeeld te noemen. In de Rotterdamse haven wordt jaarlijks 12% van de hoeveelheid gas die we jaarlijks gebruiken weggekoeld voor warmte. 12% van wat wij gebruiken. Dan zal u zeggen; ja, die haven is ook best groot, dat is ook wel zo, maar we hebben het hier dus over grote getallen en dus hebben we het ook over een groot onderwerp. We spreken niet over een klein onderwerp.
Misschien dat u 4 jaar geleden misschien nog dacht dat u klein was met uw warmte, nee u bent groot en u wordt groter. En hoe dat gaat worden dat vind ik de grootste uitdaging voor de komende 10 jaar. Zo moeten we het wel zien. Maar misschien voelt het als terug in de tijd. Misschien voelt het weer als het gemeentelijk gasbedrijf wat u ooit kende of u provinciaal elektriciteitsbedrijf Frieslan wat ik heel goed kende. Mijn broer werkte daar en dan was je super trots, dan zorgde je dat in Friesland in ieder geval het licht aanbleef. Nou dat geeft veel trots in Friesland kan ik u vertellen.
“Mensen vragen weleens; wat doen jullie dan? Ja, wij doen kleine bedragen, maar wel bedragen die goed genoeg zijn om de businesscase draaiende te krijgen, want we moeten gewoon beginnen.”
Maar hoe gaat het worden? Ik denk dat de lokale overheden, provincies en gemeenten een essentiële rol gaan spelen in de omschakeling naar waar we naartoe gaan. Dat geeft ook een enorme verantwoordelijkheid aan deze overheden moet ik zeggen. Die zullen het ook niet zonder de nationale overheden en zonder de internationale aspecten kunnen doen.
Waar veel aanbod van warmte is en waar veel vraag van warmte is, zijn collectieve warmtenetten wel een zaak waar je serieus over moet nadenken. Wij denken bij het ministerie dat we daar stevig aan moeten trekken. Wij doen dat ook, we spreken met provincies, warmtebedrijven, Amsterdam. Wij hebben een aantal greendeals. Mensen vragen weleens; wat doen jullie dan? Ja, wij doen kleine bedragen, maar wel bedragen die goed genoeg zijn om de businesscase draaiende te krijgen, want we moeten gewoon beginnen. Wij kunnen niet de hele tijd kijken of ooit iemand wel gaat beginnen. Wij zijn met 6 grote projecten in Nederland bezig en die 6, dat heet dan heel deftig de Greendeal, daar proberen we verschillende aspecten uit te testen. Dus we doen niet zes keer hetzelfde. Zes keer de pijp aanleggen en dan erachter komen hoe je een pijp aanlegt, dan doen we maar één keer. Maar we doen in Amsterdam bijvoorbeeld vooral de positie van de consument. De aarzeling van de consument. De aarzeling van vroeger van de consument, doordat ze onverwerkt of inmiddels verwerkt leed, doet er niet toe. Het is leed wat ze nog doet denken aan ‘het zal wel weer hetzelfde gaan als we straks op die warmtenetten worden aangesloten, het zal wel niet helemaal goed gaan, we zullen wel te veel betalen’. Ja, daar gaan wij dus mee aan de slag. Wij gaan de warmtewet fundamenteel herzien. Misschien is dat wel heel triest dat ik dat zeg, want die warmtewet is in werking sinds 1 januari 2014. Dus je zou moeten denken; goh, dat we daar nu al fundamenteel naar moeten kijken en toch moeten we dat doen.
Hoe ziet de toekomst eruit?
De toekomst zal zijn dat elektrisch, gas en vormen van heet water op een eerlijke manier met elkaar kunnen concurreren. Dat is de enige strijd die fair is. Hoe dat er precies uit zal zien? Ja, er zal natuurlijk een positie voor de consument moeten zijn. Die is er altijd als je het hebt over dit soort onderwerpen. Maar er moet ook een positie zijn dat we eerlijk zaken met elkaar kunnen verdelen, dat de lasten bij een warmtenet gelijk zijn verdeeld dan wanneer je een gasnet zou moeten aanleggen. Dat moet wel fair zijn. Als de competitie niet fair is, ben je bij het ministerie van Economische Zaken eigenlijk altijd aan het verkeerde adres. Wij houden van competitie, we houden van faire competitie en volgens mij is het mogelijk. We willen de warmtewet eind van volgend jaar gewoon klaar hebben. Dat wil trouwens ook de minister, deze minister wil tempo maken. Wij moeten in dit land nadenken over de toekomst, hoe we ons gaan verwarmen.
“Wij zeggen altijd maar tegen elkaar; don’t ask me what you can do for the energy transition, what can you do for us? ”
Ik woon er op een boerderij waarvan ik vrees dat dat ‘all electric’ gaat worden, want een collectief warmtenet aanleggen bij die boeren zie ik nog niet voor me. Maar dit zal de toekomst worden. We zullen waar we veel warmte en veel vraag hebben, eerder collectief gaan. Waar weinig mensen wonen en weinig aanbod van warmte is, denken wij dat ‘all electric’ de weg zal worden. Is er dan nog een positie voor gas? Ja, die zal er ook zijn. Vraagt u mij dan niet; hoe ziet die er dan precies uit? Maar ik zeg maar eerlijk tegen u, het is niet toevallig dat gastransport services ook geïnteresseerd is om hier vandaag te zijn, omdat zij ook denken dat de wereld gaat veranderen. Hoe die gaat veranderen? Ik zou zeggen wij hebben volgend jaar de energiedialoog, dat zal Tjalling de Vries ook doen met al uw ideeën. Geroemde dingen als part exces, meerdere bronnen van warmte, het zal allemaal bij u langskomen. Wij gaan dan niet in splendid relation bij het ministerie van Economische Zaken doen, we gaan dat samen met u doen, we gaan het samen met de overheden doen, samen met de bedrijven en samen met iedereen die een goed idee heeft. Wij zeggen altijd maar tegen elkaar; don’t ask me what you can do for the energy transition, what can you do for us?
Nationaal Warmte Congres
Bert de Vries was spreker van het Nationaal Warmte Congres. Dit congres staat bekend om het uitwisselen van ervaringen, kennis en visies, concrete ideeën en handvatten om zelf aan de slag te gaan!
De strategische en operationele vraagstukken staan centraal om de mogelijkheden van warmte optimaal te benutten. Meer informatie vindt u op de website van het Nationaal Warmte Congres.