Voor steeds meer woningcorporaties in Nederland staat het thema ‘Warmte’ hoger op de prioriteitenlijst. Warmtenetten, warmte-koude opslag, duurzame collectieve en individuele technieken om warmte op te wekken zijn ontwikkelingen die woningcorporaties nauwgezet volgen of al in toenemende mate inzetten.
Voorgaand aan het Nationaal Warmte Congres legden we Pablo van der Laan (strategisch adviseur Beleid en Innovatie bij Ymere) een tweetal vragen en stellingen voor over de warmte infrastructuur, de klant en de toekomst van de warmtesector.
“Het thema klant centraal staat dan ook na de reorganisatie bovenaan de prioriteitenlijst. Het gaat zelden of nooit om de klant, het gaat om rendement/omzet, om milieuwinst om schaal. Onze klanten zitten echter met ander problemen dan CO2-besparing.”
We kunnen in Nederland niet zonder een warmte infrastructuur
De vraag hangt samen met de vraag hoe de energievraag van onze woningen – gebouwde omgeving zich gaat ontwikkelen en op welke wijze we deze energievraag gaan opwekken. Door in eerste instantie goed te isoleren en energiebewust gebruikersgedrag te vertonen kan al tot 80% aan CO2 worden bespaard.
Om de resterende energievraag volledig klimaatneutraal te maken met b.v. decentrale energieopwekking moet minimaal de helft van het dakoppervlak van woningen worden bedekt met zonnepanelen, aldus een onderzoek van het centraal planbureau. Ook zouden grote windparken op zee duurzame elektriciteit kunnen produceren. Mijn verwachting is dat de elektriciteit de gangbare energiedrager zal zijn en dat deze in de toekomst grotendeels duurzaam kan worden opgewekt. Hoe lang deze transitie duurt is lastig in te schatten. 10-20 jaar? In deze overgangsperiode zouden warmtenetten in de stedelijke gebieden (Amsterdam, Rotterdam, Nijmegen) een belangrijke rol kunnen spelen.
Er zijn tegenwoordig voldoende duurzame collectieve en individuele technieken om warmte op te wekken, dat ik om die reden ook denk dat de warmtenetten best gemist kan worden. Restwarmte is echter op grote schaal in de stedelijke gebieden aanwezig en als je daar iets nuttig mee kan doen tegen een goede prijs/kwaliteitverhouding, moet je het niet laten. Het moet wel bedrijfseconomisch en maatschappelijk gezien dus haalbaar zijn. Een goede MKBA-analyse (Maatschappelijk, Kosten Baten Analyse) zou noodzakelijk zijn,
We vergeten nog te vaak de klant centraal te stellen
Dat geldt zeker voor de warmtebedrijven maar zeker ook voor ons zelf (Ymere). Het thema klant centraal staat dan ook na de reorganisatie bovenaan de prioriteitenlijst. Het gaat zelden of nooit om de klant, het gaat om rendement/omzet, om milieuwinst om schaal. Onze klanten zitten echter met ander problemen dan CO2-besparing.
Het gaat te weinig over comfort, gebruiksgemak, om leveringszekerheid of om een lage prijs. Ik heb ook nog nooit een huurder van ons om een warmtenet horen vragen, maar wel horen klagen dat zijn verwarming het niet doet.
Het principe van NMDA bij warmtenetten is nauwelijks onderscheidend en uitlegbaar voor de klant en onze huurder. Zelfs in dichte gebieden lijkt het concept, zeker in de bestaande bouw, maar moeizaam rendabel te krijgen.
De overheid wordt door de exploitanten benaderd om goede financiering te organiseren. Onze klant speelt in de benadering van de exploitanten geen enkele rol. We wachten op een integraal aanbod voor onze klanten , een energie concept inclusief isolatie van de schil en voorlichting, dat ze niet kunnen weigeren.
Welke warmte-kansen liggen er in de bestaande bouw?
De grootste warmte vraag ligt natuurlijk in de bestaande bouw in de stedelijke gebieden dus daar zouden warmtenetten op in moeten spelen. Vooral de gestapelde bouw. Technisch kan het maar het vraagt om hoge voor-investeringen. En zijn deze bedrijfseconomisch rond te krijgen? De rekening kan niet bij de corporaties of huurders gelegd worden.
Er zijn ook kansen via individuele warmtepompen, er zijn kansen via elektrische wandverwarmingssystemen. Ymere heeft hiermee al geëxperimenteerd. Ook voor de gestapelde bouw. Het lijkt handig om deze vraag ook te stellen aan bewoners van sociale huurwoningen. Waar moet het systeem aan voldoen?
Hoe ziet de energie infrastructuur van de toekomst eruit?
Duurzaam, schoon, dus belangrijkste drager elektrisch en wellicht warmte in de groot stedelijke gebieden. Maar vooral ook een mengeling van collectieve en individuele systemen, vooral afhankelijk van de typologie van de woning. Enzullen smart grid-achtige (warmte- en e-) infrastructuren moeten worden ontwikkeld waarbij opslag van energie en lokale opwekking een belangrijker rol speelt.
Nationaal Warmte Congres – 6 november – Nijmegen
Pablo van der Laan is één van de sprekers van het Nationaal Warmte Congres. Tijdens dit congres staan de strategische en operationele vraagstukken centraal om de mogelijkheden van warmte optimaal te benutten.
Meer informatie vindt u op de website van het Nationaal Warmte Congres.