Lijst met pensioenproblemen oneindig lang?

Artikel door: Martijn Raaijmakers, Bestuurslid Pensioenfonds voor de Personeelsdiensten, Bedrijfstakpensioenfonds voor de Groothandel in Levensmiddelen, Bedrijfstakpensioenfonds voor de Informatie-, Communicatie-, en Kantoortechnologie, Pensioenfonds voor de Woningbouwcorporaties.

Gezien de hoeveelheid vraagstukken die op dit congres behandeld worden, lijkt het wel alsof er alleen maar meer problemen bijkomen voor de pensioensector. Blijkbaar is de sector maar met moeite in staat adequate antwoorden te vinden op al deze problemen want het lijstje groeit en groeit: Houdbaarheid, solidariteit, de toekomst van het stelsel, vertrouwen, jong vs oud, maatschappelijk verantwoord beleggen, governance, FTK 1, 2 of toch anderhalf, deskundig bestuur, intern en extern toezicht, bestuursmodellen, de lijst is bijna oneindig lang.

Ondertussen groeit ook het aantal – al dan niet vermeende- deskundigen dat zich met pensioen bezighoudt. Zoals ik laatst iemand hoorde zeggen, er is altijd wel een hoogleraar te vinden die het met me eens is.

De deelnemer staat er verloren bij

De vraag die mij de laatste tijd vooral bezighoudt is of de deelnemer hier nu eigenlijk nog wat mee opschiet en meer nog, of hij er eigenlijk nog wel wat van begrijpt. De sector is van oudsher paternalistisch ingesteld en het lijkt erop dat deze trend wordt doorgezet, alleen dan met meer stuurlui op de wal. De deelnemer zelf staat er mijn inziens toch wat verloren bij. Ja, hij mag misschien meedoen aan een risicobereidheidsonderzoek, maar als het af kan met de deelnemersraad, dan liever met de deelnemersraad. Is toch wat minder gedoe. En stel dat de deelnemer nu eens iets aangeeft wat het pensioenfondsbestuur niet welgevallig is? Liever niet!

Pensioenopbouw steeds schimmiger

Ondertussen wordt de uitkomst van pensioenopbouw steeds schimmiger. Het getal op de UPO is steeds meer het resultaat van onderhandelingen tussen allerlei (politiek) partijen, belangenorganisaties en lobbyclubs. Dat wat de deelnemer als ‘achterkamertjes’ beschouwt. Ik hoorde iemand hiervoor het woord “gefoezel” gebruiken en kon niet anders dan het daarmee eens zijn.

Tel één (vergaand paternalisme) en één (toenemende schimmigheid) op en vervolgens is het niet zo gek dat pensioenfondsen nog meer gewantrouwd worden dan banken. Tot 100.000 euro blijft het totaal aan euro’s op mijn bankafschrift vooralsnog tenminste gelijk. Wat er volgend jaar op mijn UPO staat is afwachten.

DC als derde keuze

Als hard-core DB-adept heb ik mij lang verzet tegen alles wat naar DC riekt. Maar ik vraag mij af hoelang wij nog kunnen doorgaan met het communiceren naar deelnemers van pensioenrechten die feitelijk niet meer uitlegbaar zijn. Is de tijd niet rijp om hier anders tegen aan te gaan kijken? Is het niet tijd het pensioen gewoon weer uitlegbaar te maken, te kiezen voor transparantie en de deelnemer er daadwerkelijk bij te betrekken?

Naast nominaal en reëel is er een derde keuze, namelijk DC. Ja, daar zitten vele haken en ogen aan, ja, dergelijke systemen moeten slimmer, ja, ook daar horen randvoorwaarden bij en ook daar bestaat de kans op “gefoezel”. Maar het gemak waarop deze keuze bij voorbaat door besturen en cao-partijen in de ban gedaan wordt belemmert de innovatie van deze pensioenvorm. Sommige partijen kijken vooruit en komen met voorzichtige oplossingen. Mijn hoop is dat door meer transparantie, heldere eigendomsverhoudingen en het creëren van echte betrokkenheid van de deelnemer we het vertrouwen van die deelnemer kunnen terugwinnen. Als dat niet gebeurt, is het oplossen van al die vraagstukken zinloos gebleken.

Over Sophie van den Hoven

Bekijk ook

Big data-analyse en de rol van AI

Auteur: Tony De Jonker Met een razend tempo krijgen we te maken met de komst …

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *