Liane den Haan is directeur-bestuurder van de ANBO. En daarmee wordt ze in een vergrijzende samenleving een vertegenwoordiger van een steeds belangrijkere groep. In aanloop naar de Pensioenupdate stelden we haar een paar vragen.
Wat is de mening van “de oudere” over de pensioenvoorziening in Nederland? Wat krijgen jullie terug uit jullie achterban?
“Twee geluiden. Het eerste geluid dat we horen is niets – dat zijn de mensen die tevreden zijn. En je hoort mensen die níet tevreden zijn. Dan gaat het vaak over hun gehele financiële situatie. Daar in zitten álle inkomsten en uitgaven. Denk aan AOW, toeslagen en pensioen, en de kosten van wonen en zorg. Over het pensioen zijn grote groepen redelijk tevreden. Maar er zijn natuurlijk groepen die niet alleen niet zijn geïndexeerd, maar zelfs zijn gekort. Die mensen hebben een veel lagere waardering. Daar komt bij dat het perspectief op indexatie magertjes is. Ze zien dat er veel in kas is, maar zien tegelijkertijd de waarde van hun pensioen krimpen.”
Als ANBO peilen we die ontevredenheid wel. Een derde van de ouderen zegt moeilijk rond te komen. Die mensen laten hun onvrede makkelijk merken – en benaderen de ANBO ook met de vraag wat we daaraan kunnen doen. Wij gebruiken deze signalen in onze actieve lobby, we trekken samen op met andere ouderenorganisaties. Richting Tweede Kamer. Daar zijn we populair: er zijn 3,3 miljoen oudere kiezers. En daar houdt de politiek wel rekening mee, nu.”
Wie vindt u dat de voortrekker(s) moet(en) zijn om te komen tot een nieuw pensioenstelsel?
“Er zijn natuurlijke voortrekkers, maar die moeten uit sector zelf komen. De overheid is verantwoordelijk voor de AOW. Voor de tweede pijler zijn de sociale partners, werkgevers en werkgevers, samen verantwoordelijk. Maar uiteindelijk moet een breed draagvlak ontstaan met ouderen en jongeren.”
Hoe ziet u de functie van de pensioenfondsen in de toekomst veranderen?
“Voorlopig gebeurt daar niet zo veel mee. Die rol zou kunnen veranderen als gevolg van politieke invloeden. Als ze onderling moeten gaan concurreren om de gunst van de consument, dan wordt het er niet meteen beter van. We zien dat pensioenfondsen zich langzaamaan meer bewust worden van hun sociale functie – ze gaan maatschappelijk verantwoord beleggen – en meer zijn dan geldfabriek.”
“Ik denk dat het mooi zou zijn als pensioenfondsen hun deelnemers meer terzijde kunnen staan met hun financiële planning. En dan niet alleen op weg helpen, maar ook rechtstreeks adviseren. Juist het pensioenfonds kan dat doen, omdat er geen eigen belang is.”
Wat zal in de komende 5 jaar de meest disruptieve wijziging zijn in het pensioenstelsel, denkt u?
“Ik verwacht dat de komende jaren mensen steeds meer in de gaten krijgen dat heel veel zaken rondom de oude dag onzeker worden, op alle gebieden: inkomen, wonen, zorg. Iedereen moet meer zelf doen. Dat gaat niet iedereen meevallen.”
Heeft een nieuw pensioenstelsel volgens u kans van slagen?
“De Pensioensector heeft het vaak over “de mensen”, maar staan te weinig tussen die mensen. Dat is ons belangrijkst pleidooi: houd oog voor de deelnemer. Leef je in: wat betekent het feit dat ze langer moeten werken? Leef je in: hoe zorg je ervoor dat je mailingen opvallen – als je ze via mail stuurt – en begrepen worden? Een deelnemer kreeg laatst een brief van een pensioenfonds met een compleet onbegrijpelijke uitleg van een aanpassing.”
“Effectiever is de deelnemers persoonlijk opzoeken. En met ze in gesprek gaan. Samen aan tafel. Dan kun je het pensioen uitleggen, hun situatie bekijken en hun eigen vragen beantwoorden. En dan krijg je ook meer zicht op wat er eigenlijk bij je deelnemers leeft.”
Meer weten over de pensioensector?
Tijdens de Pensioen Update nemen vooraanstaande sprekers uit de sector u mee in hun visie op alle veranderingen die komen gaan. Hoe gaan we verder? Wat wordt er concreet van de sector verwacht?