In aanloop naar de opleiding Tax management stelden wij Corina van Lindonk, international director bij Deloitte, een aantal vragen over vennootschapsbelasting. Wat is het precies, waarover is vpb verschuldigd en waar moet men op letten?
“Anders dan de inkomstenbelasting, waar natuurlijke personen worden belast, wordt vennootschapsbelasting geheven van “lichamen”. Hieronder vallen in ieder geval de besloten vennootschap (de bv) en de naamloze vennootschap (de nv) maar bijvoorbeeld ook de coöperatie, en soms zelfs een vereniging of een stichting. Ook buitenlandse lichamen kunnen belast worden met Nederlandse vennootschapsbelasting. Dat zal het geval zijn als ze met bepaalde (onderneming-) activiteiten in Nederland winst realiseren. Belasting is verschuldigd over de in een jaar gerealiseerde winst. De winst die uiteindelijk met vennootschapsbelasting wordt belast kan afwijken van de commerciële winst. Het kan meer zijn dan de commerciële winst door de toepassing van aftrekbeperkingen.
Zo kent de vennootschapsbelasting verschillende renteaftrekbeperkingen, waardoor verschuldigde rente niet of niet geheel van het fiscale resultaat kan worden afgetrokken. Anderzijds kan de fiscale winst ook lager zijn dan de commerciële winst, bijvoorbeeld als vrijstellingen van toepassing zijn. Een hele bekende vrijstelling in de vennootschapsbelasting is de deelnemingsvrijstelling. Ontvangt een bv van haar dochtermaatschappij een dividend, dan zal dit bij de ontvangende bv vaak niet zijn belast. De reden daarvoor is dat deze winst al een keer bij de dochtermaatschappij in een belastingheffing is betrokken en binnen een concern dezelfde winst niet twee maal mag worden belast.
Naast de deelnemingsvrijstelling kent de vennootschapsbelasting nog andere concernregelingen, zoals de fiscale eenheid. Waar normaliter ieder lichaam afzonderlijk in de heffing wordt betrokken, is het binnen een concern soms mogelijk belasting te heffen van alle in Nederland gevestigde concernvennootschappen gezamenlijk. Belangrijk voordeel daarvan is dat winsten en verliezen van deze vennootschappen onderling kunnen worden verrekend en dat transacties tussen deze entiteiten niet resulteren in fiscale winstrealisatie. Voor de belastingheffing bij lichamen is het dus goed om kennis te hebben van de mogelijkheden en onmogelijkheden die de vennootschapsbelasting kent om te voorkomen dat men voor onaangename verassingen komt te staan.”
Corina is wetenschappelijk medewerker en docent geweest bij de Universiteit Leiden en in 1990 gepromoveerd. Ze heeft ervaring in de nationale en internationale adviespraktijk en is aanspreekpunt voor vaktechniek voor Deloitte in Nederland.
Tijdens de opleiding Tax management gaat ze uitgebreid in op de systematiek van de vennootschapsbelasting en hoe werkt dit in de praktijk? U leert hoe economisch dubbele belastingheffing kan worden voorkomen door optimaal gebruik te maken van fiscale faciliteiten.